REST API vs GraphQL: verschillen, voor- en nadelen

Wanneer is een REST API de juiste keuze en wanneer is GraphQL geschikter als API-laag boven uw data en services? Deze vraag komt in vrijwel elk modern softwareproject terug.

Overzicht REST API vs GraphQL

Wanneer is een REST API de juiste keuze en wanneer is GraphQL geschikter als API-laag boven uw data en services? Deze vraag komt in vrijwel elk modern softwareproject terug. Beide technologieën zijn volwassen, ruim ondersteund en in de praktijk beproefd, maar met duidelijke verschillen in ontwerpprincipes, querymodel, performanceprofiel en operationele complexiteit.

In dit artikel worden REST en GraphQL stap voor stap gedefinieerd en met elkaar vergeleken. De tekst behandelt de geschiedenis en architecturale uitgangspunten, de manier waarop clients data opvragen en muteren, de impact op caching en beveiliging, typische valkuilen in productieomgevingen en gangbare adoptiestrategieën in grotere organisaties.

Aan het eind van dit artikel heeft de lezer een neutraal, encyclopedisch overzicht van REST API's en GraphQL, inclusief duidelijke definities van kernbegrippen zoals resources, endpoints, schema, resolvers, overfetching en underfetching, zodat beter onderbouwde architectuurkeuzes gemaakt kunnen worden.

  • Duidelijke definities van REST API en GraphQL en hun architecturale uitgangspunten

  • Uitleg van het verschil in dataopvraging, endpoints, payloads en versies

  • Overzicht van performance aspecten, caching, beveiliging en tooling

  • Uitleg van hybride scenario's waarin REST en GraphQL naast elkaar bestaan

Wat is een REST API

Een REST API is een web API die is ontworpen volgens de principes van Representational State Transfer, een architecturale stijl die HTTP als transport en uniforme interface gebruikt. In dit model worden gegevens gemodelleerd als resources, elk met een unieke URL, en worden standaard HTTP methoden zoals GET, POST, PUT en DELETE gebruikt om die resources te lezen of te wijzigen.

In een typische REST API wordt functionaliteit verdeeld over meerdere endpoints, bijvoorbeeld "/users", "/users/{id}" en "/orders". Het formaat van de data is meestal JSON, hoewel XML en andere formaten in theorie ook mogelijk zijn. Iedere resource vertegenwoordigt een concept uit het domein, zoals een gebruiker, product of bestelling, en bevat een representatie van de staat van dat object.

REST legt nadruk op stateless communicatie. Dat betekent dat elke aanvraag voldoende informatie moet bevatten voor de server om deze te kunnen afhandelen, zonder afhankelijkheid van sessiestatus op de server. Hierdoor kunnen servers eenvoudig horizontaal schalen, omdat elke request onafhankelijk wordt verwerkt.

Veel moderne web en mobiele applicaties gebruiken REST om backends te ontsluiten, onder andere vanwege de brede adoptie, beschikbare tooling, goede browserondersteuning en de eenvoud van het model. REST wordt vaak gecombineerd met HTTP cachingmechanismen zoals ETags en cache headers, wat de performance kan verbeteren, vooral bij veel voorkomende leesoperaties.

Wat is GraphQL

GraphQL is een querytaal en runtime voor API's die is ontworpen om clients precies de data te laten opvragen die zij nodig hebben in een enkele request. In plaats van meerdere endpoints met vaste responses, werkt GraphQL met één endpoint en een strikt getypeerd schema dat beschrijft welke objecten en velden beschikbaar zijn en hoe ze met elkaar samenhangen.

In GraphQL definieert het schema types, velden, relaties en operaties. Clients sturen queries naar het GraphQL endpoint in een speciale tekstuele syntaxis. De server gebruikt resolvers om voor elk veld in de query de corresponderende data op te halen. Het resultaat is JSON, met exact de gevraagde structuur.

GraphQL kent drie hoofdsoorten operaties. Queries lezen data, mutations wijzigen data en subscriptions leveren realtime updates via een persistente verbinding, meestal op basis van WebSockets. Deze scheiding maakt API mogelijkheden expliciet en goed te ontdekken via introspectie, een mechanisme waarmee clients het schema zelf kunnen opvragen.

Een belangrijk kenmerk van GraphQL is dat de client de vorm van de response bepaalt. Dit maakt het mogelijk om in één call complexe objectgrafen op te vragen, bijvoorbeeld een gebruiker, zijn orders en bijbehorende producten, zonder meerdere afzonderlijke HTTP calls. Dit vermindert overfetching, het ophalen van meer data dan nodig, en underfetching, het ophalen van te weinig data waardoor extra calls nodig zijn.

Een beknopte maar visuele uitleg van GraphQL en het verschil met REST is te vinden in veel recente video's, bijvoorbeeld een uitlegvideo op YouTube.

Architectuurverschillen tussen REST API en GraphQL

Hoewel REST API en GraphQL hetzelfde doel hebben, data beschikbaar maken via het web, verschillen ze fundamenteel in hoe ze structuur en interactie modelleren. In REST ligt de focus op resources met eigen URLs en vaste representaties per endpoint. In GraphQL staat het schema centraal, met types en velden die als een soort contract tussen client en server fungeren.

Bij REST leidt iedere use case vaak tot een nieuw endpoint of een uitbreiding van de response van een bestaand endpoint. Bijvoorbeeld, om naast gebruikers ook hun orders op te halen kan een extra endpoint zoals "/users/{id}/orders" nodig zijn, of een uitbreiding van "/users/{id}" met een extra embed. In GraphQL wordt deze behoefte opgelost door in de query extra velden of relaties op te nemen, terwijl het onderliggende schema gelijk kan blijven.

GraphQL centraliseert alle aanvragen naar een enkel HTTP endpoint, vaak "/graphql". De server ontleedt de query, valideert die tegen het schema en roept per veld een resolver aan die de werkelijke data ophaalt, bijvoorbeeld uit databases of andere API's. Dit introduceert een extra interpretatielaag ten opzichte van REST, waar de URL direct mapt naar een controller of handler.

Versiebeheer wordt in REST vaak gedaan door nieuwe versies van endpoints te introduceren, zoals "/v1/users" en "/v2/users". In GraphQL wordt versiebeheer meestal schema evolutie genoemd. Velden kunnen worden toegevoegd zolang bestaande velden backwards compatible blijven, terwijl verouderde velden gemarkeerd worden als deprecated. Deze manier van evolueren kan versies reduceren, maar vraagt strikte schema governance.

Performance optimalisatie volgt ook een andere route. Bij REST zijn caching per endpoint en HTTP infrastructuur zoals CDN's gebruikelijk. GraphQL gebruikt vaker application level caching, bijvoorbeeld op veld of resolver niveau, en soms persisted queries waarbij de feitelijke query op de server wordt opgeslagen en de client alleen een hash verstuurt. Dit biedt flexibiliteit, maar vereist extra beheersmaatregelen.

Gebruiksscenario's, voordelen en aandachtspunten

REST API's zijn geschikt voor veel scenario's waarin eenvoudige, goed cachebare resources worden ontsloten en waar stabiliteit, voorspelbaarheid en brede compatibiliteit belangrijk zijn. Denk aan publieke API's, integraties met externe partijen en backend services waar clients beperkt veranderen. De eenvoud van HTTP methoden en duidelijke URLs maakt debugging en monitoring relatief overzichtelijk.

GraphQL wordt vaak gekozen in omgevingen met complexe frontends, meerdere clienttypen of snel wijzigende UI wensen. Een voorbeeld is een single page application of mobiele app die per schermselectie verschillende combinaties van velden nodig heeft. Het vermogen om alleen relevante data op te vragen in één call helpt netwerkverkeer te beperken en de laadtijd te optimaliseren, vooral op mobiele netwerken.

Er zijn ook aandachtspunten. Bij REST is overfetching een bekend probleem wanneer endpoints meer data retourneren dan de client feitelijk gebruikt. Underfetching treedt op wanneer een client meerdere endpoints moet aanroepen om alle benodigde data te verzamelen. GraphQL adresseert dit grotendeels met flexibele queries, maar brengt eigen risico's mee, zoals zeer zware queries die de server belasten en complexere autorisatie op veldniveau.

Voor beveiliging is bij REST vaak autorisatie per endpoint en HTTP methode voldoende, in combinatie met tokens en scopes. GraphQL vraagt vaak fijnmaziger beleid, bijvoorbeeld op type of veldniveau, omdat een enkele query veel gerelateerde data kan aanspreken. Query validatie, limieten op diepte en complexiteit en query whitelists worden daarom regelmatig ingezet.

In moderne systemen komen hybride modellen veel voor. Backend services bieden interne of externe REST API's, terwijl een aparte GraphQL laag wordt ingezet als aggregator voor frontend clients. Deze GraphQL gateway combineert data uit meerdere REST of database bronnen in één uniform schema. Dit maakt stapsgewijze adoptie mogelijk, zonder bestaande REST infrastructuur in één keer te vervangen.

Hoe verschilt een REST API fundamenteel van GraphQL

Een REST API modelleert data als resources met eigen URLs en gebruikt HTTP methoden om die resources te beheren. GraphQL modelleert data als een schema met types en velden en gebruikt één endpoint waarop clients zelf specificeren welke velden zij nodig hebben. De kern is dat REST de server meer controle geeft over de vorm van de response, terwijl GraphQL die controle grotendeels bij de client legt.

Waarom wordt GraphQL vaak gezien als oplossing voor overfetching en underfetching

GraphQL laat clients bij elke request expliciet aangeven welke velden van welke objecten nodig zijn. Daardoor is de response nauwkeurig afgestemd op het gebruik, zonder extra velden. Underfetching wordt beperkt doordat één query meerdere gerelateerde objecten kan combineren die in een REST model vaak over verschillende endpoints zijn verdeeld. In de praktijk verkleint dit zowel de payload omvang als het aantal benodigde requests.

Is GraphQL altijd sneller dan een REST API

GraphQL is niet per definitie sneller. In sommige scenario's levert het minder netwerkverkeer op, omdat er minder afzonderlijke requests nodig zijn en de payloads kleiner zijn. Tegelijkertijd introduceert het een interpretatielaag en kan een complexe query meerdere backends aanspreken, wat voor extra verwerkingstijd zorgt. Performance hangt daarom sterk af van queryontwerp, resolver implementatie, cachingstrategie en de kenmerken van de onderliggende datasources.

Hoe werkt caching in REST API's vergeleken met GraphQL

REST API's sluiten nauw aan op HTTP caching. Responses kunnen worden voorzien van cache headers, ETags en statuscodes die door browsers en CDN's automatisch worden gebruikt. GraphQL responses zijn door de flexibele querystructuur lastiger generiek te cachen op infrastructuurniveau. Daarom wordt bij GraphQL vaker application level caching toegepast, bijvoorbeeld per veld of resolver, of via persisted queries en specifieke cache strategieën in de client.

Wanneer is een REST API geschikter dan GraphQL

Een REST API is doorgaans geschikter bij relatief stabiele use cases, duidelijke resource grenzen en scenario's waarin brede compatibiliteit en eenvoudige integratie prioriteit hebben. Denk aan integraties met partners, publieke developer API's of backend systemen die vooral standaard CRUD bewerkingen uitvoeren. In zulke contexten wegen de eenvoud en de bestaande HTTP infrastructuur vaak zwaarder dan de extra flexibiliteit die GraphQL biedt.

Kan een organisatie REST en GraphQL tegelijkertijd gebruiken

Ja, dit komt in de praktijk vaak voor. Een veelgebruikt patroon is dat bestaande microservices en backends een REST API aanbieden, terwijl een aparte GraphQL laag fungeert als aggregator of facade. Frontends praten dan met de GraphQL laag, die op zijn beurt data ophaalt uit verschillende REST services. Dit maakt het mogelijk om GraphQL geleidelijk te introduceren, zonder bestaande REST endpoints te vervangen, en tegelijk de voordelen van beide modellen te benutten.

Hoe verschilt beveiliging tussen REST API en GraphQL

Bij REST wordt autorisatie vaak ingericht op endpoint en HTTP methode, bijvoorbeeld via scopes per route. GraphQL vraagt om extra aandacht omdat een enkele query meerdere types en velden kan aanspreken. Beveiliging wordt daarom vaak ingericht op schema en veldniveau, met regels die bepalen wie welke velden mag opvragen of muteren. Daarnaast worden maatregelen zoals query whitelisting, limieten op diepte en complexiteit en logging van query patronen toegepast om misbruik te beperken.

Is GraphQL geschikt voor alle soorten backends

GraphQL is conceptueel agnostisch ten opzichte van de bron van de data en kan boven relationele databases, NoSQL stores of bestaande REST API's worden geplaatst. Toch is het niet in alle situaties ideaal. Systemen met extreem eenvoudige datamodellen of zeer beperkte use cases hebben vaak weinig voordeel van de extra complexiteit van een GraphQL laag. Bij real time scenario's of eventgedreven systemen kan GraphQL subscriptions nuttig zijn, maar soms sluiten gespecialiseerde protocollen of message brokers beter aan op de gewenste architectuur.

Bedankt voor uw bericht!

We nemen zo snel mogelijk contact met u op.

Wie helpt jou om te winnen?

Hoe realiseer je de potentie van AI?
Kan mijn bedrijf winnen met innovatie?
Spartner heeft de antwoorden.

Boek een call

Bart Schreurs
Business Development Manager
Bart Schreurs

We hebben je bericht ontvangen! We nemen zo snel mogelijk contact op! Er ging iets mis tijdens het versturen van je bericht, controleer alle velden.